Als de muren eens konden spreken…

Als je jarig bent krijg je een cadeau. Het cadeau dat wij aan de bevolking van Stevensweert geven, omvat drie muurschilderingen met als thema: ‘Als de muren eens konden spreken’. Het is een project van Amici Insulae bij gelegenheid van het 40-jarig jubileum van de vereniging. Via drie muurschilderingen wordt de geschiedenis van Stevensweert onder de aandacht gebracht van de eigen inwoners maar ook van de bezoekers van Stevensweert. Op 21 mei wordt de muurschildering aan de Molenstraat Noord onthuld en als cadeau aangeboden aan de
gemeenschap Stevensweert.

De muurschildering op de zijgevel van het schutterslokaal van Schutterscompagnie ‘Sint Rochus’ staat
symbool voor de schutterij van Stevensweert.

In 1660 wordt vermeld dat de Heer van Stevensweert, graaf Herman Frederik van den Bergh, aan de
‘schutterij Sint Stevens’ een aam bier (150 liter) schonk. Hij deed dit volgens een oude gewoonte.
Hieruit blijkt dat de schutterij reeds langer bestond. De naam van de schutterij is afgeleid van de
patroonheilige van de parochie ‘Sint Stephanus’.
Rond 1663 is een ‘compagnie van jonggesellen ofte schutte’ opgericht met ca. 25 leden. In 1665 is met
toestemming van de Heer een jonge burgerlijke schutterij opgericht.
Toen in 1633 de Spanjaarden rondom het dorp Stevensweert een vesting aanlegden, heeft de
‘schutterij St. Stevens’ zich binnen de wallen van de vesting wellicht overbodig gevoeld. De
aanwezigheid van een garnizoen bood immers de nodige bescherming. Hierdoor is de schutterij
wellicht opgehouden te bestaan.
De archieven in de 18 de eeuw spreken over een schutterij buiten de vesting. In 1762 wordt door graaf
Van Hompesch, heer van Stevensweert aan de schutterij van het Eiland ook een aam bier geschonken!
Op het gehucht Eiland heeft de huidige schutterij zijn basis. Nadat de oude schutterij van het Eiland
waarschijnlijk kort na 1800 ter ziele is gegaan, werd er in 1896 door de buurtschap Eiland een nieuwe
schutterij opgericht: ‘Sint Rochus’ , genoemd naar de Rochuskapel. Tegenwoordig is de naam
omgedoopt in ‘Schutterscompagnie Sint Rochus’ .
Op de muurschildering is (links) ook de brug over de Oude Maas afgebeeld. Deze oude Maasbrug (tolbrug)
gebouwd in 1881, werd vanwege de ontgrindingen in 1973 gesloopt.

De muurschildering op het Bastion Holland beeldt uit het beleg van Stevensweert in het jaar 1702 toen de Hollanders en de Engelsen Stevensweert wilden innemen.

In 1702 – aan het begin van de Spaanse Successieoorlog – was de beheersing van het Maasverkeer
opnieuw de inzet van een veldtocht. Een jaar eerder waren Franse troepen de Spaanse garnizoenen in
de vestingsteden langs de Maas komen versterken. Dat konden de Hollanders, Engelsen en Duitsers
niet over hun kant laten gaan. Ze smeedden een coalitie en trokken in het voorjaar van 1702 ten strijde.
Hun leger vertrok vanuit Nijmegen naar het zuiden en nam eind september Venlo in. Snel werden de
troepen verplaatst naar Roermond en Stevensweert. Vooral Stevensweert, dat omringd was door
zoveel water, moest vóór het begin van de herfst zijn ingenomen.
Op 23 september 1702 kwam een detachement van 12 eskadrons ruitersoldaten en 7 bataljons
infanterie in de omgeving van Stevensweert aan. Op 28 september arriveerden kanonnen, mortieren en
houwitsers over de Maas.
De beschieting van Stevensweert begon op 30 september om 16.00 uur in de middag. De kanonnen
waren allemaal gericht op het bastion ten zuiden van de Maaspoort. De houwitsers en een batterij van
6 mortieren bestookten de gebouwen en huizen binnen de vesting. De met kruit gevulde kogels moeten
enorme schade en brand hebben veroorzaakt binnen de vesting. Ook zullen er doden zijn gevallen.
Toen de beschieting ongeveer 24 uur bezig was bestormde het Staatse leger de vesting. Toen het
Spaans-Franse garnizoen zag dat de aanvallers de watergracht hadden bereikt gaf de Spaanse
vestingcommandant zich over. Verder vechten had geen zin meer.

De laatste muurschildering is aangebracht in de Molenstraat Noord op de zijgevel van ‘Herberg Stadt
Stevenswaert’.

Centrale figuur is graaf Reinier Vincent van Hompesch, heer van Stevensweert en Ohé
en Laak van 1719 tot 1733; bewoner van Walburg en bouwer van de molen (1722). De Raamstraat
duidt op de lakenindustrie, die hij 1725 in Stevensweert wilde beginnen. De grindemmers staan
symbool voor de ontgrindingen waardoor de Molenplas, een natuurgebied, is ontstaan. Er grazen
konikpaarden en gallowayrunderen. Gelukkig is het terrein van Walburg gespaard gebleven. Aan de
voorkant van ‘Herberg Stadt Stevenswaert’ is nog een gedeelte van het imposante hekwerk van de
oude Maasbrug (een tolbrug) te zien, gebouwd in 1881 en gesloopt in 1973. Graaf Van Hompesch
toont de ‘Kantharos’ , een Grieks-Romeinse zilveren beker uit de eerste helft na Chr. Deze belangrijke
baggervondst mag niet ontbreken en staat bekend als de ‘Kantharos van Stevensweert’. De originele
beker staat in museum ‘Het Valkhof’ in Nijmegen. In het museum te Stevensweert is een prachtige
replica te bewonderen. Brengt u eens een bezoek aan het museum!

De drie muurschilderingen zijn nu
klaar en worden op 21 mei als cadeau van Amici Insulae bij gelegenheid van het 40-jarig jubileum aan de gemeenschap Stevensweert aangeboden.